Climacterische of overgangsklachten
Climacterische of overgangsklachten
Deze treden op wanneer een vrouw in de periode komt waarin de vruchtbare levensfase eindigt en de eicellen op zijn. Veranderingen in de ovariële functie liggen hieraan ten grondslag. Hierbij stijgt de concentratie van het follikelstimulerend hormoon (FSH) en stopt de rijping van follikels uit de ovaria. Door het stoppen van de follikelrijping, daalt de estradiolproductie, groeit uiteindelijk het endometrium ( baarmoederslijmvlies ) niet meer en blijven de menstruaties uiteindelijk weg. Dit gehele proces verloopt grillig en kan meerdere jaren in beslag nemen.
De overgangsfase, menopauze en postmenopauze
Deze wordt gedefinieerd als de laatste menstruatie in het leven van de vrouw. Postmenopauze is de periode vanaf 12 maanden na de laatste menstruatie. De gemiddelde menopauzeleeftijd in Nederland ligt tussen de 50 en 52 jaar, voor vrouwen die roken ligt deze leeftijd lager. De diagnose ‘overgang’ wordt aannemelijk gemaakt op basis van anamnestische gegevens: leeftijd en symptomatologie. Deze periode, ook wel perimenopauze genoemd, start wanneer de ovariële activiteit afneemt. Dit gebeurt enkele jaren voor de menopauze.
Door de hormonale veranderingen kunnen naast de cyclusveranderingen tevens typische overgangsklachten optreden (zie Overgangssymptomen). Er kunnen klachten ontstaan door urogenitale atrofie; dit is een conditie waarbij de vagina en de weefsels rondom de vagina ( blaas en urinebuis ) droog, dun en ontstoken raken.
Overgangssymptomen
Climacterische klachten worden gekenmerkt door een irregulaire menstruele cyclus, vasomotorische symptomen (zoals opvliegers, (nachtelijke) transpiratieaanvallen) en urogenitale klachten (zoals vaginale droogheid, irritatie, dyspareunie, dysurie en aandrang tot urineren). Climacterische klachten kunnen al enkele jaren voor de menopauze ontstaan. Vasomotorische symptomen treden op bij ca. 80% van de vrouwen in de overgang. Deze zijn het meest frequent tijdens het eerste jaar na de menopauze en houden ongeveer 3-7 jaar aan. Klachten van urogenitale atrofie treden op bij ongeveer 15% van de perimenopauzale vrouwen en 30% van de postmenopauzale vrouwen. Verder kunnen symptomen voorkomen die niet tot de klassieke overgangsklachten behoren, zoals moeheid, stemmingsklachten (bv. somberheid), slaapstoornissen en spier- en gewrichtsklachten en/of oedeem/vochtretentie agv van oestrogeendominantie.
De verminderde oestrogeenproductie beïnvloedt tevens de botstofwisseling: rond de menopauze treedt een versneld botverlies op, dat bovenop het fysiologisch botverlies door het verouderingsproces komt. Daarnaast is het cardiovasculaire risicoprofiel voor postmenopauzale vrouwen ongunstiger dan vóór de menopauze.
Behandeldoel
Het doel van de behandeling is het verlichten van de overgangsklachten om daarmee een betere kwaliteit van leven te realiseren, waarbij de vrouw goed kan blijven functioneren zowel op werk als privé.
Uitgangspunten
De niet-medicamenteuze behandeling bestaat uit voorlichting over het beloop van de overgangsklachten en adviezen om de overgangsklachten te verminderen. Niet-medicamenteuze behandeling bij vasomotorische klachten heeft in het algemeen een matiger effect, maar kan ook tot resultaten leiden.
Bij vasomotorische klachten kan hormoontherapie worden overwogen. De hinder van de klachten en het individuele risicoprofiel bepalen of er, in samenspraak met de vrouw, gekozen wordt voor hormoontherapie. De behandeling dient na drie maanden geëvalueerd te worden en daarna jaarlijks tenzij er reden is voor eerdere evaluatie, zoals bij onvoldoende effect of bijwerkingen als bloedingen, depressie, oedeem. Streef naar gebruik van maximaal 5 jaar, vanwege de geleidelijk oplopende risico’s van hormoontherapie. Bij langer gebruik dan 5 jaar is het monitoren van de algehele gezondheid 1 of 2 keer per jaar ten zeerste aan te raden.
Hormoontherapie
Deze behandeling bestaat uit estradiol, ter vermindering van vasomotorische klachten, en progesteron, ter verlaging van het risico op endometriumhyperplasie of –carcinoom. Toevoeging van een natuurlijk progesteron bij vrouwen zonder uterus is volgense artsen niet persé nodig, tenzij zij in het verleden endometriose hadden. Tegenwoordig kan men ook na baarmoederverwijdering toch progesteron gebruiken, aangezien dit ook voordelen heeft voor betere slaap en ( mentale ) gezondheid.
Bij perimenopauzale vrouwen gaat de voorkeur uit naar sequentiële combinatietherapie, waarbij het natuurlijke progesteron gedurende minimaal 12–14 dagen per maand wordt toegevoegd aan de continue toediening van het oestrogeen. Overweeg bij perimenopauzale vrouwen < 52 jaar mét een anticonceptiewens, een oraal gecombineerd anticonceptivum (zie Anticonceptie, hormonale) of een levonorgestrel bevattend IUD in combinatie met oraal of transdermaal oestrogeen.
Bij postmenopauzale vrouwen gaat de voorkeur uit naar continue combinatietherapie.
Bij klachten van urogenitale atrofie kan een lokaal oestrogeen en/of worden voorgeschreven.
Milieu-impact hormoontherapie
Medicijnresten, waaronder oestrogene stoffen, komen na gebruik door de patiënt via urine en ontlasting in het riool in het oppervlaktewater terecht.
In de buurt van rioolwaterzuiveringsinstallaties zijn hormoonverstoringen, zoals vervrouwelijking en problemen met de reproductie, beschreven bij vissen, kreeften en mosselen. Het is zeer waarschijnlijk dat oestrogene medicijnresten hierop van invloed zijn geweest: zowel estradiol als ethinylestradiol overschrijden in het oppervlaktewater regelmatig risicogrenzen.
In hoeverre hormoontherapie voor overgangsklachten hierin een rol speelt, is nooit onderzocht.
Lever lege verpakkingen van hormoontherapie en medicatie altijd in bij je apotheek
Het is verstandig om lege verpakkingen van hormoontherapie ( met resten oestrogeen en progesteron van créme, pleisters, gel of spray altijd apart te verzamelen en in te leveren bij je apotheek, om milieuvervuiling van het grondwater etc, te voorkomen.
Je apotheek verwerkt deze afvalproducten op een veilige, milieubewuste manier. Zo help je mee aan een schoner milieu.
Veelgestelde Vragen
De overgang kan voor veel vragen en onzekerheden zorgen.Hieronder hebben we de meest gestelde vragen verzameld, zodat je beter voorbereid bent op deze natuurlijke fase in je leven.
De eerste symptomen kunnen variëren van onregelmatige menstruaties tot opvliegers en stemmingswisselingen. Het is belangrijk om goed naar je lichaam te luisteren.
Overgangsklachten kunnen enkele jaren aanhouden, variërend van 4 tot 10 jaar.
Echter, de ervaring is voor elke vrouw anders en uniek, mede afhankelijk van leefstijl en voeding.
Er zijn verschillende opties, waaronder leefstijlveranderingen, supplementen, en in sommige gevallen hormonale therapie. Overleg altijd met je huisarts voor persoonlijk advies.
De overgang is een natuurlijk proces en kan niet worden ‘genezen’, maar symptomen kunnen wel verminderd worden met de juiste benadering.
Lees meer informatieve blogs via onze blogbibliotheek
De overgang kan leiden tot een aantal fysieke en emotionele veranderingen, zoals veranderingen in het uiterlijk, spier- en gewrichtsklachten, slaapstoornissen, gewichtstoename, veranderingen in stemming.
Het is essentieel om deze symptomen te erkennen en te bespreken met een professional wanneer deze overgangsklachten je dagelijks functioneren en welzijn verminderen.
De overgang begint gemiddeld genomen, meestal tussen de 45 en 55 jaar, maar kan ook eerder beginnen agv aandoeningen of chirurgische ingrepen.
Het is belangrijk om alert te zijn op overgangssymptomen en veranderingen in je lichaam en altijd een arts te bezoeken wanneer je gezondheidsklachten ervaart.
Dit handboek overgangsklachten legt je goed en helde uit waar je overgangsklachten vandaan komen én wat je er zelf aan kunt doen!
Méér weten over de exacte oorzaak én oplossingen voor spier- en gewrichtspijnen?
Dan is e-book spieren gewrichten botten echt iets voor jou!
Neem contact met ons op voor meer informatie, we helpen je graag verder!